Het schip werd gebouwd in 1903 op de werf van De Klerk in Kruispolder, Zeeuwsch Vlaanderen.
Opdrachtgever was Petrus De Kever uit Nieuw-Namen,
die met deze boot de mossel- en krabbenvisserij ging bedrijven. Hij noemde de hengst naar zijn oudste zoon Josephus, aan wie hij de
boot waarschijnlijk in 1906 verkocht. Het schip kreeg als visserijnummer CLN 68, omdat het officieel geregistreerd stond in De Clinge,
een plaats tussen Hulst en de grens met België.
Josephus de Kever overleed in 1927, waarna het bedrijf werd voortgezet door zijn zoons, Petrus
en Arthur.
In 1933 verkochten zij het schip naar Hontenisse en later is het in Hoek van Holland geregistreerd geweest.
Wie de geadresseerde is van de brief uit 1942 is niet duidelijk. Het zou de heer Hart Nibbrig kunnen zijn die de boot in 1946 tot
Jacht heeft laten verbouwen; naar het schijnt in Groningen. Deze eigenaar was directeur van Bols. Rond 1950 wordt de hengst gekocht
door de familie Dietz in Baarn.
In 1954 wordt de heer Goedkoop de nieuwe eigenaar die in Amsterdam woonde en met het schip vanuit
Muiden op het IJsselmeer voer. In 1961 verhuisde de familie én De Jonge Joseph naar Dordrecht. De heer Goedkoop was toen directeur
van vliegtuigfabriek Aviolanda in Papendrecht en zeilde ook veel met relaties.
Vele zomers lag De Jonge Joseph wekenlang in Veere
waar mevrouw Goedkoop dan aan boord verbleef en er daar veel gezeild werd.
De familie Goedkoop behoorde tot de kleine actieve
kern van Stichting Stamboek Ronde- en Platbodemjachten en heeft veel bijgedragen aan de revival van dit soort oud vaderlandse schepen.
Nu nog horen wij, als wij in Zeeland varen varen regelmatig de vraag: "is dit het schip van Goedkoop?". Dit terwijl het schip al bijna
veertig jaar in handen van de stichting "Luctor et Emergo"is.
Op de terugreis van Sail Amsterdam in 1975 werd mevrouw Goekoop
aan boord onwel en is toen overleden, waarna het schip werd verkocht aan de heer Poot te Zutphen, een fysiotherapeut.
Deze nieuwe eigenaar
heeft waarschijnlijk niet lang van het schip genoten want al vrij snel daarna lag het schip weer in de verkoop bij Heegh aan de Mar,
met nog kleren van de familie Goedkoop aan boord.
In februari 1978 viel het oog van de oprichters van Stichting "Luctor et Emergo"
er op en werd het aangekocht.