Welkom bij
"De Jonge Joseph"
stichting11.jpg hengst11.jpg historie11.jpg restauratie11.jpg vaarplan11.jpg reisverslagen11.jpg vrienden11.jpg home11.jpg

Restauratieverhaal “De Jonge Joseph” 1978 - 1988

 

Winter 1978-1979

Op werf ’t Kromhout vernieuwd:

-        BB huiddeel onder boeghout

-         2x4 spanten in de kuip BB en SB

 

Winter 1979-1980

Bij Bültjer in Ditzum vernieuwd:

-         2x5 spanten in kajuit BB en SB gelamineerd met resorcinol lijm

-         veel leggers in kajuit

-         mastbank en schotten naast de mast

-         stukje dek

-        huiddeel SB achter de plé

-         BB: kort deel t.p.v. mastbank net onder berghout

-        de kajuit staat  koud op het dek, daar is een lat voor

       gemaakt om de ergste lekkage te verhelpen

-        Een week later gaat Gert met zijn gezin varen, het Duitse wad op, maar het schip blijft maar van alle kanten vollopen. Na twee weken weer de helling op bij Bültjer waar Lulu de nog overgebleven gaten met pennen opvult en hier en daar nog breeuwt. Als hij weer te water gaat is het lek bij de achtersteven nog niet dicht. Afwachten maar, schrijft Gert in het logboek.

-         

-         Intussen is in de garage in Bosch en Duin door vader Marckmann, met behulp van moeder, een eiken vletje gebouwd, waarvoor Gert de tekening had gemaakt, naar model “Klein Duimpje”.

  

Winter 1980-1981

Zelf vernieuwd:

-         2x2 spanten in achterschip gelamineerd met Bison 2 componentenlijm

-        achterdekje

-         nieuwe fok van Den Boer

 

Winter 1981-1982

Op werf ’t Kromhout vernieuwd:

SB berghoutdelen + berghout over de gehele lengte

 

Winter 1982-1983

Kromhout: kimpunt SB vastgezet

In Greetsiel vastgemaakt aan een veel dieper stekend schip. Als  het water zakt, zakt de Joseph dus dieper. De SB-bolder was niet meer zo stevig dat je het hele schip daaraan kon ophangen dus hij werd er midden in de nacht uitgerukt.

Bültjer: SB voorbolder vernieuwd

Zelf: voordek gerubberd met 2 nog te mengen componenten Saba-kit en dan zelf de kokers vullen. Alles zit onder en we wassen ons van top tot teen met tolueen.

 

Winter 1983-1984

Zelf gedaan:

-         beton uit achterpunt gehakt

-        leggers achterschip vernieuwd in azobé

-         kajuitschot onder dorpel vervangen

-        BB: 2 spanten kombuis vervangen

-          BB: 3 huiddelen achterschip onder vervangen. De delen onder de waterlijn in iroko. Het branden van iroko-delen is een zeer langdurig karwei.

 

Winter 1984-1985

In eigen beheer:

-         2x3 spanten voorschip BB en SB gelamineerd

-        leggers voorschip

Werf Kromhout:

-         voorsteven vernieuwd

-        BB voorschip enkele huiddelen

Winter 1985-1986

Zelf een nieuw roer gemaakt, bij het lijmen met rvs-draadeinden aangedraaid om een soort voorspanning te creeren.

Een dieselolietank in polyester gemaakt en ingebouwd.

De motor op rubber gemonteerd.

Nieuwe motorkast getimmerd.

 

Winter 1986-1987

In de garage op de Rubenslaan 3 in Bilthoven hebben wij twee nieuwe zwaarden gemaakt. De eiken delen, die wij bij van Dijk in Laren hadden gekocht bleken nogal scheluw te zijn. Hoe we ook probeerden er 2 zwaarden uit te krijgen, het zag er niet naar uit dat het zou gaan lukken. We waren er na aan toe om het hout maar op te stoken, totdat we zeiden: we beginnen gewoon en als we ergens een stukje te kort komen, lijmen we het er gewoon aan. Zo heilig was ons geloof in epoxy inmiddels. Maar toen we de zwaarden uit meerdere delen aan elkaar hadden bleek het er toch precies uit te gaan. We hebben de zijvlakken goed in de epoxy gezet en rvs-draadeinden er doorheen geboord en flink aangedraaid om de delen ook tijdens jarenlange dienst bij elkaar te houden.

Zwaarden geven meer ‘lift’ als er een vleugelprofiel in wordt gemaakt. Dit wil zeggen aan de achterkant bol en aan de voorzijde hol. Om het goede holle profiel er in te krijgen heeft Chiel een slimme methode bedacht door gaatjes tot een bepaalde diepte te boren en daarna het hout weg te schaven tot onderkant gaatjes. Helaas is bij één zwaard iets mis gegaan, waardoor de gaatjes te diep zijn geboord. Daar hebben we weer propjes in moeten lijmen. We kwamen er gelukkig wel bijtijds achter.

Aan de achterkant van de zwaarden is een glasvezelmat met epoxy gezet om slijtage tegen de zwaardklampen zo veel mogelijk tegen te gaan.

De oude ijzeren randen laten galvaniseren en er met Sikaflex weer tegenaan gezet.

Aan de achterzijde bleken de zwaarden tegen een wandputting te schuren, daar messing platen op gezet.

Nu, in 2015, verkeren de zwaarden nog in optima forma. Het enige wat er een paar jaar geleden is gebeurd, dat er toch bij één naad over een lengte van 30 cm  1,5 mm ruimte ontstond. Daar een flinterdun stukje eiken in gelijmd.

De ijzeren randen zijn er weer afgehaald en wederom gegalvaniseerd. Nu hebben we de gaten voor de bevestigingsschroeven ruim uitgeboord vóór het verzinken, zodat het zink daar niet wordt weggeboord en er weer roestvorming optreedt zoals de vorige keer.

Bij Bültjer in Ditzum wordt het volgende vernieuwd:

-         BB: berghoutsdelen en berghout

-               enkele delen

-         SB: enkele delen voorschip + vlak

-                Huiddeel boven kimnaad tot achtersteven.

 

 Winter 1987-1988

 Zelf hebben wij het bovenste deel aan bakboord over de gehele lengte vervangen.

Het bekende werk: slopen, mallen maken, branden, zei er aan en inzetten. Het voorste deel is zo gekromd dat kon niet uit één deel. Daar hebben wij met een halfhoutse verbinding twee delen in elkaars verlengde aan elkaar gelijmd met een kleine hoekverdraaiing. Dat werd een overigens nauwelijks zichtbare verticale naad.

In 2011 hebben we er een Zeeuws model schuine naad van gemaakt omdat er toch aan de buitenste laag van het achterste deel iets met het hout was. Daar hebben we een cm diep weg gefreesd en er nieuw hout tegen aan gelijmd.

Doorlezen naar Restauratieverhaal 1989 - 1999